Artrose is een complex proces dat niet alleen tot beschadiging en afbraak van het gewrichtskraakbeen leidt, maar ook van de andere delen van het gewricht.
Er zijn meerdere risicofactoren en oorzaken van knieartrose (gonartrose).
In verschillende fasen van het artrose proces kan de orthopedisch chirurg ingrijpen om het proces te vertragen, klachten te doen verminderen of uiteindelijk de knie (deels) te vervangen door een knieprothese (kunstknie).
Artrose is één van de meest voorkomende aandoeningen van het bewegingsapparaat en de meest voorkomende gewrichtsaandoening.
Artrose is de algemene achteruitgang van het gehele gewricht, voornamelijk het gewrichtskraakbeen, maar ook het onderliggende bot en de weke delen (o.a. kapsel, banden, pezen).
In het verleden dacht men dat artrose werd veroorzaakt door slijtage van het gewrichtskraakbeen. Tegenwoordig weten we dat artrose een zeer complexe aandoening is, die veroorzaakt wordt door vele factoren. Dit maakt de behandeling van artrose niet eenvoudig. De oplossing is dus niet alleen het vervangen van het beschadigde gewrichtskraakbeen.
Artrose is niet te genezen en een progressieve aandoening. Als de klachten van de artrose ernstig zijn, is het vervangen van het complete gewricht dus op termijn de enige oplossing. De andere behandelingen zullen een gewrichtsvervangende operatie alleen tijdelijk kunnen uitstellen.
Er zijn bijna 1,4 miljoen mensen met artrose in Nederland. In 2017 waren er naar schatting 1.384.100 mensen bij wie de huisarts de diagnose artrose heeft gesteld, waarvan 482.000 mannen en 902.200 vrouwen. De meeste mensen (642.500) hadden artrose van de knie.
In 2017 kregen naar schatting 47.400 mensen de nieuwe diagnose knie artrose van de huisarts: 17.600 mannen en 29.800 vrouwen. Knieartrose is daarmee de meest voorkomende artrose.
Er zijn steeds meer mensen met artrose
In de periode 1990-2015 is het totale aantal Nederlanders met artrose gestegen. Voor mannen is er een sterkere stijging waarneembaar (55%) dan voor vrouwen (40%).
In de periode 1990-2015 is het aantal nieuwe personen met artrose voor zowel mannen als vrouwen gestegen. Deze stijging is wederom sterker voor mannen (ongeveer 60%) dan voor vrouwen (ongeveer 30%).
Een verklaring van de toename van artrose is de vergrijzing van de bevolking, het ouder worden van de bevolking, maar ook een toename van het voorkomen van overgewicht.
Verwachtingen voor de toekomst
Op basis van ontwikkelingen zal het totaal aantal mensen met artrose in de periode 2015-2040 naar verwachting met 41% stijgen.
Het kniegewricht is een scharniergewricht en bestaat uit drie botten, de onderzijde van het dijbeen (femur), de bovenzijde van het scheenbeen (tibia) en de knieschijf (patella).
De uiteinden van deze botten en de achterzijde van de knieschijf zijn bedekt met kraakbeen, wat ervoor zorgt dat de botten soepel over elkaar heen kunnen glijden. Tevens werken zij als schokdemper, waarbij zij krachten opvangen die op de knie worden uitgeoefend. Het gewrichtskapsel (synovium) om de knie maakt een gewrichtsvloeistof aan die botten nog soepeler over elkaar kan laten bewegen, het werkt als een smeermiddel.
In het kniegewricht liggen de menisci aan de binnen (mediale meniscus) en buitenzijde (laterale meniscus) van de knie, die ook dienen ook als schokbrekers.
Om het dijbeen en het scheenbeen stabiel te laten scharnieren zitten er in de knie twee kruisbanden (de voorste en de achterste) en aan de binnen- en buitenzijde zitten de zogenaamde collateraalbanden. Verder zijn er nog een aantal kleinere banden, die voor stabiliteit zorgen.
Bij artrose wordt de knie onderverdeeld in drie delen: het laterale compartiment (aan de buitenzijde), het mediale deel (aan de binnenzijde) en het patellofemorale (knieschijfgewricht) compartiment. In elk van deze delen kan artrose optreden, vaak is er sprake van een combinatie.
Er bevinden zich twee soorten kraakbeen in het kniegewricht.
Op de eerste plaats is er het zogenaamde gewrichtskraakbeen, dat de uiteinden van het dijbeen (femur), scheenbeen (tibia) en de achterzijde van de knieschijf (patella) bedekken.
Op de tweede plaats bestaan ook de menisci uit kraakbeen, maar dit kraakbeen heeft een andere structuur en een heeft een andere functie dan het gewrichtskraakbeen.
Bij artrose gaan beide soorten kraakbeen achteruit in kwaliteit.
Het gewrichtskraakbeen zorgt ervoor dat de onderdelen van het kniegewricht, het uiteinde van het dijbeen (femur), het uiteinde van het scheenbeen (tibia) en de knieschijf (patella) met weinig weerstand soepel over elkaar heen glijden. Hierbij vangt het elastische gewrichtskraakbeen krachten op die op de knie worden uitgeoefend.
De menisci dienen als schokbrekers en hebben een rol in de stabiliteit van het kniegewricht.
Kraakbeen is niet doorbloed en kan om die reden niet genezen. Alleen in het randgebied met het onderliggende bot, dat wel is doorbloed, is genezing mogelijk. Echter het nieuwe kraakbeen dat zich vormt heeft een andere samenstelling en is van mindere kwaliteit dan het oorspronkelijke kraakbeen. Het is een littekenkraakbeen.
De start van het artrose proces kan diverse oorzaken hebben.
Genetisch/aangeboren – Artrose kan in een familie voorkomen en is erfelijk. Er kunnen in een familie diverse erfelijke eigenschappen aanwezig zijn die het kraakbeen gevoeliger maken voor artrose.
In andere gevallen wordt artrose veroorzaakt door letsels aan het gewrichtskraakbeen.
Er zijn risicofactoren die de kans op het ontwikkelen van knie artrose vergroten.
Artrose kan op elke leeftijd ontstaan, maar komt vooral voor bij oudere mensen. Het is één van de sterkste risicofactoren voor artrose in alle gewrichten.
De oorzaak dat artrose meer voorkomt bij ouderen, is het gevolg van een opeenstapelende blootstelling aan verscheidene risicofactoren door de jaren heen. Tevens zijn er biologische veranderingen die optreden tijdens veroudering, die maken dat een gewricht gevoeliger wordt voor kraakbeenschade, zoals het dunner worden van het kraakbeen en verminderde spierkracht.
Artrose komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen, ook is de artrose ernstiger. Men vermoedt dat dit wordt veroorzaakt door hormonen.
Het voorkomen van artrose en in welke gewrichten artrose voorkomt, varieert onder verschillende etniciteitgroepen. Dit is minder uitgesproken bij knie artrose dan bij heup artrose.
Overgewicht en obesitas (ernstigere vorm van overgewicht) zijn belangrijke risicofactoren voor artrose, met name voor knie artrose. De belangrijkste reden is een zwaardere belasting van de knie.
Letsels aan de knie zijn één van de grootste risicofactoren voor het ontwikkelen van knie artrose. Ernstig letsel aan structuren van het kniegewricht kunnen de knie gevoeliger maken voor ontwikkeling van artrose. Bijvoorbeeld:
Zware en herhaaldelijke belasting van gewrichten tijdens werk verhogen het risico op artrose. Bij knie artrose moet men denken aan zwaar tillen, knielen en bukken. Het risico is hoger in mensen met overgewicht.
Sporten met hoge, herhaalde gewrichtsbelasting en risico op knieletsel kunnen leiden tot artrose.
Voedingsfactoren lijken een rol te spelen in het ontstaan van artrose, zoals een tekort aan bepaalde vitamines.
Het hebben van een standafwijking in heup, knie of enkel, zoals een X- of O-been, veroorzaakt dat één knie of één zijde van een knie zwaarder wordt belast.
Instabiliteit van de knie is een belangrijke risicofactor op het ontwikkelen van knie artrose.
Bepaalde anatomische vormen van de botten van het kniegewricht zijn geassocieerd met een verhoogd risico op knie artrose.
Een beenlengte verschil van meer dan twee centimeter vergroot de kans op het ontwikkelen van knie artrose. De knieën worden hierbij onevenredig belast.
Het hebben van “zware botten” vormt een risicofactor voor het ontwikkelen van artrose. Het is nog niet duidelijk waar dit door wordt veroorzaakt.
In iedere fase van het artrose proces kan de orthopedisch chirurg ingrijpen en het proces van beschadiging vertragen en de klachten doen verminderen. De kans dat dit zonder gewrichtsvervangende operatie kan wordt echter steeds kleiner.
Graad I
Het gewrichtskraakbeen wordt zacht (chondromalacie), is nog niet beschadigd, maar wel kwetsbaar geworden. Dit stadium kan pijnlijk zijn, maar is met oefentherapie volledig omkeerbaar. Hier is nog geen sprake van artrose, maar wel van een voorstadium hiervan.
Graad II
Het gewrichtskraakbeen laat kleine scheuren/kloven (fissuren) zien. Het gewrichtskraakbeen is nog kwetsbaarder geworden voor verdere schade.
Graad III
Het kraakbeen gaat verder scheuren, maar de schade blijft beperkt tot het kraakbeen en het onderliggende bot is nog steeds intact. Het beschadigde gewrichtsoppervlakte bestaat nu uit losse rafels, die veroorzaken dat er nog meer stoffen vrijkomen die het kraakbeen beschadigen.
Graad IV
Het onderliggende bot komt bloot te liggen en raakt beschadigd. Bij bewegen van de kniegewricht gaat er bot over bot bewegen, wat zeer pijnlijk is en waardoor het gewricht niet meer soepel beweegt.
In de vroege fase van artrose, waarbij er nog relatief weinig kraakbeenschade is, zal men geen of weinig klachten hebben. In een later stadium, als ook het onderliggende bot is beschadigd, zal pijn steeds meer op de voorgrond komen te staan.
Niet iedereen zal dezelfde klachten en ernst van klachten vertonen.
De klachten variëren in ernst. Er zijn perioden dat het beter gaat afgewisseld met perioden dat het slechter gaat.
Pijn is voor de meeste mensen het belangrijkste symptoom van knieartrose.
Verklaring:
De knie wordt dikker door vocht in de knie.
Verklaring:
Stijfheid bij artrose is meestal startstijfheid/ochtendstijfheid, die na enkele minuten en na het in beweging komen, is verdwenen.
Verklaring:
Er ontstaan bewegingsbeperkingen van de knie. De knie zal minder verder kunnen strekken en buigen.
De strekbeperking zal vaak eerder opgemerkt worden, omdat deze hinderlijk is bij het lopen.
De buigbeperking wordt vooral ervaren bij hurken of knielen.
Verklaring:
Karakteristiek voor artrose zijn crepitaties (kraken) die worden gehoord en gevoeld.
Verklaring:
Door instabiliteit van de knie kan men een onzeker gevoel van de knie ontwikkelen en het gevoel krijgen door de knie te zakken.
Verklaring:
Er kunnen ook langzaam veranderingen zichtbaar worden in de vorm van het aangedane been.
Er ontstaat een afname van de spiermassa (spieratrofie) in het been.
Verklaring:
De knie gaat er in de loop van tijd anders uitzien – breder en hoekiger.
Verklaring:
Er kan zich in de loop van de tijd een O- of X-been ontwikkelen.
Verklaring:
Niet iedereen ervaart dezelfde klachten en ernst van de klachten bij knie artrose. Dit is afhankelijk van een aantal factoren.
De orthopedisch chirurg zal uw beide knieën onderzoeken op beweeglijkheid, zwelling, pijn en stabiliteit.
Er zal een Röntgenfoto worden gemaakt, waarop men een artrose het beste kan beoordelen. In het algemeen is de relatie tussen de ernst van de klachten en de mate van afwijkingen zichtbaar op de Röntgenfoto zwak. Dit betekent dat patiënten met veel klachten, weinig afwijkingen op de Röntgenfoto kunnen hebben en vice versa.
Er zijn een aantal kenmerken van artrose, die aanwezig kunnen zijn op de foto:
Een MRI- of CT-scan kunnen soms meerwaarde hebben en worden op indicatie aangevraagd.
De behandeling van de artrose is afhankelijk van een aantal factoren. De mate van beschadiging van het gewrichtskraakbeen (het stadium), hoe groot het beschadigde oppervlak is, maar ook de leeftijd van de patiënt, hoe actief deze is en de mate waarin de patiënt gemotiveerd is om de knie te gaan trainen.
Mogelijke behandelingen:
Knie artrose
Knie artrose
Knie artrose
Knie artrose
Knie artrose
Knie artrose
U bent van harte welkom op mijn poliklinisch spreekuur. U heeft hier een verwijzing van uw huisarts voor nodig. Alle regulier verzekerde zorg wordt gegarandeerd zonder bijbetaling aangeboden.
Contact Informatie
Juist door sporten kunnen er (kleine) beschadigingen van het kraakbeen optreden, die uiteindelijk kunnen leiden tot artrose.
Artrose is een aandoening van het gehele gewricht, niet alleen het gewrichtskraakbeen. Het vervangen van het kraakbeen is derhalve geen oplossing artrose.
Kraakbeen herstellende operaties zijn wel mogelijk bij jonge patiënten, die een kraakbeenletsel hebben opgelopen, maar waarbij nog geen sprake is van artrose.
Artrose kan veroorzaakt worden door een normale veroudering van het kniegewricht, het is echter een misvatting dat het alleen een aandoening van oudere mensen is.
Er zijn meerdere factoren die kunnen veroorzaken dat artrose start op jonge leeftijd. Soms wordt je met een kwetsbaarder kraakbeen geboren (genetisch), er kan een letsel van het kraakbeen optreden (bijvoorbeeld tijdens het sporten). Ook kan er in de bouw (anatomie) van je knie een aanleg zijn voor artrose, bijvoorbeeld een O- of een X-been. Ook letsels aan andere structuren in de knie kunnen je gevoeliger voor artrose maken, zoals een instabiliteit of een meniscusletsel.
© 2020 All rights reserved
Sportblessures
Overbelastingsletsels
Frictiesyndromen